Gate terminal start bouw LNG break-bulkfaciliteit in Rotterdamse haven

30 maart 2015

Gate terminal wordt uitgebreid met een havenbekken voor ‘small-scale LNG’ met een maximale capaciteit van 280 slots per jaar

Gate terminal (aandeelhoudersGasunie en Koninklijke Vopak) is van start gegaan met de bouw van de nieuwe LNG break-bulkinfrastructuur bij haar installaties op de Maasvlakte bij Rotterdam. Het Havenbedrijf Rotterdam is begonnen met graafwerkzaamheden voor een nieuw havenbekken naast Gate terminal. Verwacht wordt dat deze nieuwe faciliteit een impuls zal geven aan het gebruik van vloeibaar aardgas (LNG) als schone en betaalbare brandstof voor de transportsector in Nederland en Noordwest-Europa.

Break-bulk is erop gericht grootschalige LNG-aanvoer in kleinere eenheden op te splitsen (‘small-scale LNG’). Dit maakt het mogelijk om LNG te distribueren en gebruiken als een schonere brandstof voor zeeschepen, veerboten, vrachtwagens en industriële toepassingen. Sinds 2011 maakt Gate terminal de import van overzeese LNG in Europa mogelijk. Gate terminal draagt bij aan de diversificatie van de Europese gasvoorziening door toegang te bieden tot LNG vanuit de hele wereld. Gate terminal ontvangt het LNG, slaat het op, laadt het over op andere tankers en maakt het gasvormig voor opname in het Noordwest-Europese gastransportnetwerk. Deze activiteiten hebben de basis gevormd voor de huidige ontwikkeling van small-scale LNG-diensten.

Feestelijk evenement

Om de start van deze nieuwe ontwikkeling kracht bij te zetten organiseert Gate terminal een ’ground breaking’ evenement op 31 maart. Chief Executives van belangrijke spelers in de LNG- en logistieke keten worden in een inhoudelijk debat uitgedaagd hun visies op de toekomst van LNG te delen. Dick Meurs, managing director Gate terminal: “Gasunie, Vopak en Gate hebben in nauwe onderlinge samenwerking een innovatief LNG break-bulkconcept ontwikkeld om de capaciteit van Gate terminal als LNG-knooppunt uit te bouwen en het voor onze klanten mogelijk te maken LNG te leveren als schonere brandstof voor transport, scheepvaart en industriële toepassingen.” Allard Castelein, CEO van het Havenbedrijf Rotterdam: “We streven naar de verduurzaming van de logistiek door de transitie van stookolie naar LNG als brandstof voor de scheepvaart. Bovendien willen we onze positie als hét Europese LNG-knooppunt verder verstevigen.”

Bouw

De nieuwe infrastructuur wordt naast Gate terminal aangelegd. Het Havenbedrijf Rotterdam legt een nieuw havenbekken met kademuur aan, dat naar verwachting eind 2015 wordt opgeleverd. Gate bouwt de LNG-installaties, inclusief aanleg- en laadfaciliteiten voor bunkerschepen en kleinere tankers, om LNG-bunkering in de haven van Rotterdam mogelijk te maken ten behoeve van verdere distributie richting Noordwest-Europa. De nieuwe faciliteiten zijn gebaseerd op een multi-user servicemodel dat openstaat voor alle geïnteresseerde partijen, Zij bieden een maximale capaciteit van 280 slots per jaar. De voltooiing van de bouwwerkzaamheden, de ingebruikname ervan en de eerste laadactiviteiten staan gepland voor eind eerste helft 2016.

LNG als brandstof voor de transportsector

Deze nieuwe faciliteit in de haven van Rotterdam zal een belangrijke stimulans betekenen voor het gebruik van LNG als brandstof voor de transportsector in Nederland en Noordwest-Europa. Het gebruik van LNG als brandstof zal naar verwachting aanzienlijk toenemen als gevolg van strenge nieuwe emissienormen (SECA) voor de mariene sector in de Noordzee en de Oostzee die vanaf 2015 gelden. Door LNG te gebruiken als brandstof kunnen binnenschepen, coasters, veerboten en zwaar transport hun uitstoot van koolstofdioxide (CO2) tot 20% en hun uitstoot van stikstofoxide (NOx) tot 85% verlagen, terwijl de zwavel- en fijnstofemissies tot praktisch nul worden teruggebracht. Om die reden stimuleren de Nederlandse regering en de Europese Unie de ontwikkeling van LNG als brandstof voor de transportsector. Onderzoek door het ministerie van Economische Zaken heeft aangetoond dat de introductie van LNG als transportbrandstof bovendien kan leiden tot aanzienlijke economische groei en meer werkgelegenheid.

Haven van Rotterdam: volledige scope LNG-services

Het Havenbedrijf Rotterdam is betrokken bij het project met het ontwerp en de bouw van een speciaal havenbekken voor LNG break-bulkactiviteiten. Daarnaast heeft het nieuwe regelgeving ingevoerd voor het bunkeren van LNG door binnenvaartschepen en de overslag door bunkerschepen naar zeeschepen. Rotterdam zal met deze ontwikkeling haar positie als toonaangevend Europees knooppunt voor de complete LNG-leveringsketen aanzienlijk versterken. Het project levert ook een belangrijke bijdrage aan de realisatie van de doelstellingen van de ‘Green Deal Rijn en Wadden’, een samenwerkingsverband tussen de Nederlandse regering, het bedrijfsleven en kennisinstellingen met het bevorderen van groene groei als doel. In 2016 zal er een volledige scope aan LNG-services voorhanden zijn in de haven van Rotterdam.

Shell launching customer

Shell heeft zich als eerste grote klant gecommitteerd tot het kopen van capaciteit bij Gate terminal. Dat maakt deze investering in de uitbreiding van de terminal mogelijk. Shell heeft onlangs een speciaal bunkerschip voor LNG besteld om in Noordwest-Europa schepen die op LNG varen van brandstof te kunnen voorzien. Het nieuwe schip krijgt de haven van Rotterdam als standplaats en zal beladen worden vanuit de nieuwe LNG break-bulkfaciliteit. “De nieuwe infrastructuur zal ons in staat stellen de dienstverlening richting onze klanten nog verder te verbeteren,” zegt Dick Benschop, president-directeur van Shell Nederland. “Wij verwachten dat LNG in de toekomst een grotere rol gaat spelen in de brandstoffenmix.”

TEN-T programma van de Europese Unie

Het project is essentieel voor het faciliteren van LNG-distributie en het veiligstellen van LNG-levering naar havens in Noordwest-Europa, zoals Gotenburg. De maritieme connectie tussen Rotterdam en dit gebied wordt beschouwd als een onderdeel van het EU-concept ‘Snelwegen op zee’ en is derhalve onder het TEN-T programma aangemerkt voor medefinanciering door de Europese Unie.

 

In deze publicatie wordt slechts de mening van de auteur weergegeven. De Europese Unie is niet aansprakelijk voor het gebruik gebruik dat eventueel wordt gemaakt van de informatie en publicatie.